zaterdag 3 april 2010

Column: 'Krijg je nog eens een echte baan?'

Soms heb je mensen die het bloed onder je nagels vandaan halen.

Dat kunnen medebloggers zijn (zie hiernaast), huisgenoten of gewoon degene die tegenover je in de trein zit en zijn I-pod te hard heeft. Gelukkig ben ik niet snel geïrriteerd of op de kast te jagen. Maar als ik op bezoek ben bij mijn ouders is het jammer genoeg wel elke keer raak. Dan begint mijn bloed al snel te koken.


Afgelopen zondag ging ik eten bij mijn ouders. Wat doen ze waardoor ik zo geirriteerd raak? Ze gedragen zich gewoon zoals altijd. En dat is moeilijk uit te houden: ze zijn eigenwijs, ouderwets en ze laten me niet uitpraten. En vooral dat laatste trek ik heel slecht.

Ook vraagt mijn vader elke keer dat ik langskom, wanneer ik nu eens een echte baan krijg of vertelt hij mij dat ik toch echt te lang over mijn studie doe, want straks ben ik te oud voor de arbeidsmarkt. (Het feit dat ik fulltime redacteur ben bij de VARA voor het programma Nieuwslicht, wordt gemakshalve even vergeten. Ik zou inderdaad wel een keertje mogen afstuderen, maar dat is nu even niet het punt..)

Nu moet dat niet echt een probleem zijn, ik ga hooguit eens in de vier maanden bij mijn ouders op visite. Bovendien vraagt mijn vader dit altijd, dus ik ben een gewaarschuwd man. Mijn irritatie telt desalniettemin voor twee.

Telkens weer moet ook oud zeer opgerakeld worden. Ik ben namelijk niet op de leukste manier uit huis gegaan; na maandenlange ruzies besloot ik mijn tas te pakken en te vertrekken. Dat zagen ze toen niet aankomen en leverde dus in de maanden daarna wel een hele interessante gezinsdynamiek op. Inmiddels is dat alweer een jaar of 5 geleden. Zij zien het als een gevolg van de verderfelijke en corrumperende invloed van mijn toenmalige vriendin Sandra, maar ik weet wel beter. Ik had gewoon genoeg van de ruzies.

Het grappige is dat mijn ouders en ik wel weten dat dit geëtter en geruzie totaal overbodig is. Het is eigenlijk meer een vastgeroest patroon: ik speel de verloren en getergde zoon en zij vervullen de glansrijke rol van, door de tijd getekende cynici met een nog wat ouderwetse visie op politiek, maatschappij en alles wat los en vast zit.

Deze column verscheen 8 november 2008 in het Leidsch Dagblad voor het katern 'Jong in the City'

Geen opmerkingen:

Een reactie posten